Elektrisch rijden maakt EU minder afhankelijk

Als we binnenkort massaal elektrisch rijden, schiet de vraag naar lithium, kobalt en nikkel de hoogte in. Verruilen we zo onze olieverslaving niet in voor eentje voor metalen uit verre landen?

Nee, besluit een studie van de Europese Federatie voor Transport en Milieu (T&E). Integendeel: volgens hun berekeningen gebruiken elektrische auto’s net véél minder ruwe materialen. “Er is geen vergelijking mogelijk”, stelt Lucien Mathieu van T&E. Een auto met een verbrandingsmotor verbruikt tijdens zijn leven zo’n 17.000 liter aardolie. “Een stapel olievaten van 25 verdiepingen hoog”, aldus Mathieu. De batterij van een elektrische wagen vergt daarentegen slechts 30 kilo aan niet te recupereren metalen, “de grootte van een voetbal.”

Het leeuwendeel van het metaal van afgeschreven autobatterijen kan namelijk hergebruikt worden. Een Europees wetsvoorstel wil nog sterkere recyclagedoelen in steen beitelen. Volgens E&T kunnen Europese producenten tegen 2035 al een aanzienlijk deel van de benodigde metalen uit recyclage halen. En dankzij de verbeterde technologie is de verwachting bovendien dat er binnen tien jaar een pak minder metalen nodig zullen zijn voor een batterij.

Zelfvoorzienend

E&T maakt zich sterk dat Europa gemakkelijk kan voldoen aan de stijgende vraag naar elektrische wagens. Dat alles maakt dat een keuze voor elektrische rijden – sowieso al beter voor klimaat – Europa ook minder afhankelijk maakt van import. “Dankzij de verhoogde efficiënte van batterijen en meer inzet op recyclage zal de EU net meer zelfvoorzienend worden”, aldus Mathieu. “Terwijl de Europese autovloot nu bijna volledig afhangt van invoer van ruwe olie.”