Recht op herstelling = Reuzenstap naar circulair

Later dit jaar maakt het Europees parlement werk van concrete wetgeving rond het recht op herstelling. Die moet de alsmaar omvangrijker wordende stromen aan e-waste stelpen.

Ruim drie kwart van de Europeanen wil technologische snufjes als smartphones liever (laten) herstellen dan telkens nieuwe te kopen. Een Europees wetsvoorstel daarrond, dat al jaren in de lucht hangt, moet zulke herstellingen gemakkelijker maken. De parlementsleden stemden massaal voor, in het derde kwart van 2022 moet het tot concrete wetgeving komen. De EU wil van het recht op herstelling een belangrijke steunpilaar maken in het actieplan rond circulaire economie, een onderdeel van de Europese Green Deal.

Zo moet het recht op herstelling de hele levenscyclus van een product in acht nemen, onder meer het ontwerp en de ethische productie ervan. Transparantie wordt cruciaal. De EU wil dat fabrikanten kopers met infolabels en een reparatiescore inlichten over de verwachte levensduur van het product, de kosten van herstel en de beschikbaarheid van reserveonderdelen en hersteldiensten.

Beter schroeven dan lijmen

Verder beschouwt het parlement een uitbreiding van de wettelijke garantieperiode. En bekijkt het of het producenten kan verplichten om tijdens de herstelperiode een vervangtoestel ter beschikking te stellen. Dit alles om de consument aan te moedigen om herstel te verkiezen boven de vervanging van een stuk toestel. De EU wil praktijken die herstel bemoeilijken voortaan bestempelen als “oneerlijk”, wat ze illegaal zou maken. Denk aan het overmatig gebruik van lijm in plaats van schroeven of aan voorgeprogrammeerde chips die een functie na verloop van tijd uitschakelen.

Ooit een scoutstent, nu een rugzak

Met Obvious Outdoor verwerkt Jef Van Dyck versleten scoutstenten tot duurzame outdooraccessoires als rugzakken, heuptasjes en portefeuilles.

Als materiaalmeester bij de scouts geraakte de Antwerpse natuurliefhebber gechoqueerd door de vele kapotte tenten die in depots wegrotten. Hij besloot er iets aan te doen en ging aan de slag met de naaimachine van zijn vriendin.

Uit de oude tenten, die vaak nog perfect bruikbaar zijn, maakt hij hippe accessoires voor liefhebbers van het buitenleven.

De naam van zijn circulaire start-up: Obvious Outdoor.

Omdat een keuze voor recycleren en duurzaamheid volgens Van Dyck voor de hand moet liggen. In de toekomst wil hij Obvious Outdoor uitbouwen tot een volwaardig kampeerlabel, met ook broeken, jassen en truien.

Is het een ladeblok? Nee, het is een locker!

In hedendaagse hybride kantooromgevingen worden de bestaande kantooromgevingen alsmaar intensiever gedeeld met collega’s. Daardoor wordt steeds vaker beslist om de huidige ladeblokken te doen verdwijnen. Maar bij Nnof en Transmoove wordt vastgesteld dat dit NIET nodig is. Er kunnen immers lockers van gemaakt worden.

Door het toenemende telewerk verliezen individuele ladeblokken aan belang. We werken niet langer elke dag op kantoor, waardoor we bureau’s en ander kantoormeubilair steeds vaker delen met collega’s. Zo’n ladeblok heeft gemiddeld 500 euro gekost, en de productie ervan heeft een fameuze impact op het milieu gehad. Het zou zonde zijn om die zomaar bij het grof huisvuil te zetten.

Daarom ontwikkelde Nnof een transformatie die past binnen de hedendaagse kantooromgeving: van een ladeblok maken we telkens 2 lockers.

Milieuvriendelijker én goedkoper

De voordelen zijn legio. Doordat we bestaande meubels omvormen, moet geen nieuwe ruimte voorzien worden om de lcokers te plaatsen. Bovendien kan elk ladeblok getransformeerd worden tot twee lockers, waardoor de huidige capaciteit aan persoonlijke opbergkastjes verdubbelt. En doordat een ladeblok nu al op wieltjes staat, kan je die desgewenst gemakkelijk tot bij je bureau schuiven.

De uitgespaarde milieu-impact is groot. De hele lade blijft behouden, waardoor er geen materiaal verloren gaat. Naast slotjes, trekkertjes en naambordjes zijn enkel de houten frontpaneeltjes nieuw. Die fabriceren we uit gerecupereerde vezelplaten. En vooral: het is een pak goedkoper. Een transformatie kost 125 à 150 euro per locker, terwijl een nieuwe gauw het dubbele kost, zo’n 250 euro. Snel gekozen, toch?

Liever leasefiets dan tweede auto

Fietsleasing zit in de lift. Bijna een derde (31%) van de Brusselse werknemers is bereid een gezinswagen in te ruilen voor een leasefiets.

Dat blijkt uit een onderzoek in opdracht van Lease a Bike. Voorwaarde: de werkgever moet daarvoor de mogelijkheid bieden. Daar knelt het schoentje. Slechts tien procent van de werknemers heeft nu die optie. Ongeveer de helft vermoedt dat hun werkgever er totaal niet voor openstaat.

Nochtans hebben leasefietsen veel voordelen: minder auto’s op de weg, gezondere werknemers. Vanwaar dan die weerstand? Onder meer de kostprijs houdt bedrijven tegen. “Maar het klopt niet dat fietsleasing duur is”, zegt woordvoerder Jaouad Auragh. “Het kan zonder opstartkosten. Dat maakt fietsleasing zelfs voor de kleinste kmo mogelijk.”

Jongeren nemen massaal ontslag

In navolging van The Great Resignation, de golf van vrijwillige ontslagen in de VS, stappen ook jonge werknemers bij ons steeds vaker op.

Hr-dienstverlener Acerta keek de gegevens van 260.000 Belgische werknemers in en concludeerde dat die in 2021 vlotter zelf ontslag namen. Vooral bij 25-35-jarigen tekent de trend zich af: de uitstroom in die groep is tot 44 procent groter dan in 2020. Jongeren zoeken flexibiliteit en een gezonder evenwicht tussen werk en privé.

Voor werkgevers is het aanpassen. “Bedrijven moeten creatief uit de hoek om zich op de krappe arbeidsmarkt in de kijker te werken”, stelt Jackie Klaster van Acerta. De dienstverlener meent dat ze beter inzetten op het behoud van hun personeel dan op campagnes om nieuwe mensen te werven.

Duurdere materialen, dus bouwen we meer circulair

De prijzen voor bouwmaterialen stegen de afgelopen maanden fors. De vraag blijft groter dan het aanbod. Tegelijk recycleert de bouwsector meer en is circulair bouwen in opmars.

Begin dit jaar kostten bouwmaterialen een kwart meer dan drie maanden eerder, blijkt uit een ondervraging van de Confederatie Bouw bij meer dan 400 bouwbedrijven. Vooral isolatiemateriaal, hout en staal stegen fors in prijs. De oorzaak ligt bij corona. “In november 2020 sloeg iedereen plots aan het bouwen of renoveren”, verklaart Niko Demeester van de Confederatie Bouw.

“Sindsdien merken we een enorme stijging in de vraag naar bouwmaterialen. Die is nog steeds groter dan het aanbod.” Gevolg: bedrijven wachten langer op materiaal en rekenen de prijsstijgingen vaak door aan de klant. Volgens Demeester is het zeker nog enkele maanden hart vasthouden voor wat er komt.

Circulair bouwen in opmars

De schaarste aan grondstoffen leidt tot bewustwording in de bouwsector. Bedrijven recycleren meer en zoeken naar alternatieve manieren van bouwen. Circulair bouwen is in opmars. Zo sloegen Deceuninck, een specialist in pvc-producten voor de bouw, en de Universiteit Gent de handen in mekaar om een gesloten materialenkringloop op te zetten. Want: veel pvc wordt na gebruik vernietigd, terwijl het perfect een tweede leven kan hebben.

De UGent bracht de nodige technologieën aan om Deceuninck te helpen met die ambitie. “Dankzij de samenwerking hebben we ook toegang tot nieuw materiaal”, klinkt het bij Deceuninck. “Wij zijn geen onderzoeksbedrijf, maar hebben die technologie wel nodig.” Of hoe de bedrijfswereld steeds meer overtuigd geraakt van het nut van circulariteit.

Het Nnoffensief is ingezet: Nnof opnieuw bekroond

Op de uitreiking van de Sustainability Professional Award haalde Anne Lenaerts, directeur communicatie bij Nnof, een finaleplaats. Ze wordt zo officieel duurzaamheidsambassadeur.

Duurzaamheid wint aan belang in de bedrijfswereld. Logisch: de onderneming van de toekomst is per definitie duurzaam. Het Verbond van Belgische Ondernemingen en de vzw Time4Society kozen daarom voor de zevende keer de Sustainability toppers van het jaar. Die bekroning gaat naar een inspirerende stem uit het bedrijfsleven die duurzaamheid uitademt.

Uit een poule van 300 kandidaten schopte Anne Lenaerts het tot de laatste drie overblijvers. Anne mag zich voortaan dan ook Sustainability Ambassador noemen. Nele Van Damme (Upgrade Estate) en Bruno Van Steenberghe (Kalani-Home) werden Sustainability Professionals van het jaar.

Geen verrassing, want Anne zet zich al jaren in voor duurzaamheid en circulaire economie. Zo volgde Anne tijdens de pandemie een Solvay-opleiding om te begrijpen wat mensen tegenhoudt om te veranderen. Door hen vervolgens te betrekken bij het verhaal – zelfs noemt ze dat het “Nnoffensief” – probeert ze iedereen mee te krijgen.

Allemaal “Noffen”

Dat uit zich onder meer in het raamcontract dat Nnof afsloot met de Vlaamse overheid. Steden, gemeenten en Vlaamse overheidsdiensten kozen daarmee resoluut voor circulariteit, wat zich het voorbije jaar vertaalde in 3300 geherwaardeerde meubels. “Het toont dat het de overheid menens is met de circulaire gedachte”, aldus Anne. Economie en ecologie gaan voor haar hand in hand. “Nnof zorgt voor veerkracht en wendbaarheid. Met ons verhaal willen we andere ondernemers en klanten inspireren om resoluut diezelfde richting in te slaan. Nnoffen we straks allemaal?”

Kmo’s weten niet hoe thuiswerken werkt

Na bijna twee jaar pandemie mist twee derde van de Belgische bedrijven – vooral kmo’s – nog altijd een concreet beleid rond thuiswerk.

In opdracht van HR-dienstverlener Tempo-Team ondervraagde arbeidsmotivatie-expert Anja Van den Broek (KU Leuven) 500 werkgevers en 2500 personeelsleden. Conclusie: slechts 32 procent van de ondernemingen hanteert een uitgewerkt kader rond telewerk. Een op vijf leidinggevenden wil werknemers nooit thuis laten werken, terwijl 16 procent van de werknemers onder druk staat om dagelijks naar kantoor te komen. Vooral grote bedrijven maken werk van een beleid, kmo’s hollen achterop. Nochtans functioneren werknemers beter wanneer ze hybride mogen werken. Ze zijn gemotiveerder, fitter en combineren vlotter werk en privé.

Geestelijk gezond blijven dankzij data

In de geestelijke gezondheidszorg gaan therapeuten vandaag voort op wat patiënten vertellen. In de toekomst helpt technologie een handje.

Smartwatches verzamelen snel en makkelijk veel data. Dat is niet alleen nuttig voor wie een marathon wil lopen, het kan ook een gamechanger worden in de geestelijke gezondheidszorg. Data leiden tot inzichten over gedragsveranderingen en kunnen zo preventief ingezet worden. Door vroeger in te grijpen, kan een depressie of burn-out mogelijk vermeden worden. Onder meer BioRICS, een spin-off van KU Leuven, ontwikkelde een wearable die stress detecteert. “Mijn droom is binnen tien jaar bij een consultatie de stressdata van de patiënt voor mij op mijn laptop te raadplegen”, zegt Stephan Claes van KU Leuven in De Tijd.

Laadpaal installeren, minder belastingen betalen

Fiscale gunstmaatregelen moeten het plaatsen van laadpalen zowel voor bedrijven als particulieren aantrekkelijker maken. De wet kadert in de vergroening van de mobiliteit.

België vergroent. Vanaf 2023 verdwijnen de belastingvoordelen voor bedrijfswagens die rijden op fossiele brandstoffen. Vanaf 2026 mogen er zo enkel elektrische bedrijfsauto’s overblijven. Probleem: België telt te weinig laadpalen. Nochtans is een deftig netwerk een noodzaak voor een succesvolle elektrificatie. Hoe meer garages en parkeerterreinen over een laadstation beschikken, hoe minder druk op de palen langs de openbare weg. Daarom wil de overheid de installatie ervan fiscaal aantrekkelijk maken. Hoewel het parlement de wet nog moet goedkeuren, zal die van toepassing zijn op installaties die vanaf 1 september 2021 draaien. De stimulans werkt dus retroactief.

200 procent belastingaftrek

Particulieren mogen rekenen op een belastingvermindering van 45 procent op een aankoopprijs van maximaal 1500 euro. Concreet: kost een installatie 2000 euro, dan bedraagt de subsidie 675 euro (45% van 1500). Let wel, dat geldt slechts als de laadpaal enkel groene stroom gebruikt, afkomstig van zonnepanelen of van een groene energieleverancier. In 2023 wordt de maatregel afgebouwd tot 30 procent, in 2024 tot 15 procent. Na 31 augustus 2024 valt die helemaal weg.

Bedrijven mogen 200 procent van de prijs van een laadpaal aftrekken van de belastingen. Ze moeten die dan wel (tegen betaling) openstellen voor het publiek, tijdens de openingsuren of tijdens de sluitingstijden van het bedrijf. Ook hier daalt het voordeel in de tijd: vanaf 2023 bedraagt de aftrek 150 procent. Snel zijn is de boodschap.