Vlaanderen en Wallonië gaan circulair
Zowel de Vlaamse als de Waalse overheid zetten de zeilen bij in de overgang naar een circulaire economie. Het kan ook niet anders. Willen we de wereld leefbaar houden, moeten we er voor zorgen dat grondstoffen niet telkens opnieuw uit de aarde worden gehaald, maar maximaal in de economie blijven.
In Vlaanderen is de transitie naar een meer circulaire economie als een van de zeven prioriteiten opgenomen in Visie 2050, dat over de grenzen van de beleidsdomeinen heen een langetermijndoel uittekent.
Onder de noemer Vlaanderen Circulair richtte de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij deze cel op om de transitie te begeleiden. Ze ondersteunt het opbouwen van partnerschappen en gedeeld eigenaarschap. Ook bundelt ze kennis en geeft ze gerichte beleidsrelevante onderzoeksopdrachten. En ze stimuleert innovatie en ondernemerschap richting circulaire economie.
Ook in Wallonië staat de tijd niet stil. Parlementsleden van diverse partijen maakten samen met de Koning Boudewijnstichting een rapport, waarin ze het belang van de circulaire economie beklemtoonden. De transitie moet tegen 2030 de behoefte aan primaire grondstoffen met 30 procent verlagen en de uitstoot van CO2 met de helft verminderen. Bovendien kan een omschakeling op korte termijn voor 36.000 nieuwe jobs zorgen, in België alleen.
Om de overgang te versnellen, pleiten de auteurs voor een Minister voor Circulaire Economie, voor het stimuleren van de aankoop van circulaire goederen door de overheid en voor het samenbrengen van de diverse actoren die betrokken zijn bij het circulair ondernemerschap.